Leadership Fairness Model
Wat geeft mensen het gevoel dat ik ze rechtvaardig behandel?
Rechtvaardigheid bestaat erin om je redelijk en billijk te gedragen. Het gaat om het behandelen van anderen op een eerlijke manier. Maar of anderen je gedrag als rechtvaardig beoordelen, hangt af van hun perceptie van wat er is gebeurd. Met andere woorden, het gevoel van rechtvaardigheid hangt af van de waarnemer – jij mag dan wel denken dat je je rechtvaardig hebt gedragen, maar dat betekent niet dat anderen dat ook zo hebben ervaren.
Om mensen vrijwillig te laten volgen, moeten leiders vertrouwen opbouwen, wat afhangt van het feit of ze als rechtvaardig worden gezien. Als mensen twijfelen of ze fair zullen worden behandeld, zullen ze wellicht nog schoorvoetend een leider volgen, maar dan wel op een passieve, inschikkelijke wijze, in plaats van op een geëngageerde manier.
Conceptueel model
Het leadership fairness model onderscheid twee fundamenteel verschillende routes naar leiderschap – die van rechtvaardigheid (fair) en van angst (fear). Rechtvaardigheid is de ‘hoge weg’, waarbij redelijk en billijk gedrag ervoor zorgt dat mensen vertrouwen in de leider krijgen en zich bewust laten beïnvloeden. Inspelen op angst, daarentegen, is de ‘lage weg’, waarbij mensen met tegenzin gehoorzamen om negatieve gevolgen te vermijden.
Het model identificeert drie manieren waarop een leider mensen het gevoel kan geven dat ze rechtvaardig worden behandeld. Deze drie zijn complementair en kunnen elkaar versterken. Ze kunnen worden gezien als de input (houding), throughput (proces) en output (uitkomst) van de interactie tussen leiders en volgers. Waar leiders, al dan niet opzettelijk, verzaken om rechtvaardig te handelen, zorgt dit voor diverse angsten in de mensen om hen heen. Het model suggereert dat het aan de leiders is om te kiezen op welke manier zij invloed willen uitoefenen.
De kernelementen
Er zijn drie soorten van rechtvaardigheid:
1. Rechtvaardige houding.
Elke interactie tussen leider en volger begint met een basishouding tegenover elkaar. Als een leider de volger met waardigheid en respect benadert, zal dit worden ervaren erkenning dat hij/zij als mens ertoe doet. Door in woord als daad uit te drukken dat de ander wordt aanvaard als achtenswaardig individu, geeft de leider het signaal: “Ik zie je als iemand wiens belangen ik zal respecteren”. Zo’n nette manier van omgaan met de ander wordt ook wel interactie gerechtigheid genoemd.
Waar leiders anderen niet omarmen als gerespecteerde partner, kunnen deze zich onbelangrijk, afgewezen of op neergekeken voelen.
2. Rechtvaardig proces.
Rechtvaardigheid begint met respect, maar moet gevolgd worden door het behandelen van de ander op een faire manier. Wanneer een leider processtappen gedegen doorloopt, zal dit worden gezien als eerlijk en legitiem. Door de juiste procedures op een zorgvuldige manier te volgen, signaleert de leider “dat je erop kan rekenen dat ik op een evenwichtige, verstandige en ethische manier met jou zal omgaan”. Dit soort rechtvaardigheid wordt daarom ook wel procedurele gerechtigheid genoemd.
Waar leiders geen rechtvaardig proces volgen, ervaren anderen dat ze overgeleverd zijn aan grillen, pionnen zijn in politieke spelletjes en/of slachtoffers zijn van partijdigheid.
3. Rechtvaardige uitkomsten.
Een gevoel van rechtvaardigheid hangt ook af van de vraag of de uitkomsten van de interacties tussen leider en volger eerlijk worden gedeeld. Of een proces een positief of negatief resultaat heeft, voor volgers is het cruciaal dat ze evenwichtig aan de verschillende stakeholders worden toebedeeld. Door ze op een gebalanceerde manier onder de deelnemers te verdelen, geeft de leider aan “dat je erop kunt vertrouwen dat ik de uitkomsten op de juiste manier zal toewijzen”. Daarom wordt dit soort rechtvaardigheid ook wel distributieve gerechtigheid genoemd.
Waar leiders de baten en lasten niet passend verdelen, voelen anderen zich tekortgedaan en/of vrezen ze de schuld te zullen krijgen en daarvoor te worden gestraft.
De belangrijkste inzichten
- Fair en fear als benaderingen van leiderschap. Leiderschap gaat over beïnvloeding en dat kan op twee manieren; rechtvaardig zijn bouwt vertrouwen op en zet mensen aan om vrijwillig te volgen, terwijl angst mensen aanzet om gedwee in de pas te lopen.
- Rechtvaardigheid is de ‘hoge weg’ naar leiderschap. Vertrouwen opbouwen door rechtvaardig te zijn duurt lang en vergt aanzienlijke inspanningen, maar maakt wel dat je zowel het hart als het verstand van anderen verovert en een blijvend engagement creëert.
- Drie soorten rechtvaardigheid. Leiders kunnen zich rechtvaardig tot anderen verhouden (rechtvaardige houding), rechtvaardig met hen omgaan (rechtvaardig proces) en rechtvaardig resultaten delen (rechtvaardige uitkomsten). De drie zijn complementair.
- Rechtvaardigheid hangt af van de waarnemer. Leiders kunnen denken rechtvaardig te zijn, maar om invloed uit te oefenen is alleen belangrijk hoe volgers een leider ervaren. Leiders moeten er daarom voor zorgen dat zij als rechtvaardig worden gezien.
- Angst werkt ook. Maar er is ook een lage weg naar leiderschap, die inspeelt op angst zodat mensen gehoorzamen. Deze aanpak werkt en wordt veel gebruikt, zowel bewust als onbewust. Het is aan elke leider om te kiezen welke weg hij/zij wil bewandelen.