(Fiedler, 1958, 1967)
Zie: Lewin, Hersey, Western
Oosterijker van geboorte en Amerikaans hoogleraar psychologie Fred Fiedler (1922-2017) was de eerste onder de leiderschapstheoretici die situationele variabelen onderzocht. Volgens Fiedler hangt de effectiviteit van de leiderschapsstijl af van de situatie, en deze conclusie markeerde het ontstaan van de contingentietheorie van leiderschap.
Fiedler geloofde dat de leiderschapsstijl van een individu het resultaat is van diens levenservaringen, en is daarom buitengewoon moeilijk te veranderen. Indien mensen hun leiderschapsstijl begrijpen, kunnen ze leren om die stijl af te stemmen op specifieke situaties, in plaats van mensen een bepaalde leiderschapsstijl aan te leren.
Leiders behoren rekening te houden met een aantal omgevings- of situationele factoren voordat ze beslissen een taakgericht of relatiegericht leiderschapsstijl te kiezen. Fiedler kwam met drie situationele variabelen: leider-teamlidrelatie, taakstructuur en leider’s machtspositie.
De theorie stelt dat de effectiviteit van een team (of een organisatie) afhangt van twee hoofdfactoren: de persoonlijkheid van de leider en de mate waarin de situatie de leider macht, controle en invloed geeft over de situatie of, omgekeerd, de mate waarin waarop de situatie de leider met onzekerheid confronteert.
De effectiviteit van leiderschap kan alleen worden verbeterd door taken te herstructureren of de hoeveelheid macht die de leider had over organisatorische factoren (zoals salaris, disciplinaire maatregelen en promoties) te veranderen.
Verder concludeerde Fiedler dat stress een belangrijke factor is voor de effectiviteit van leiders. Hij maakte onderscheid tussen stress gerelateerd aan de leidinggevende van de leider en stress gerelateerd aan ondergeschikten of de situatie zelf. In stressvolle situaties kunnen leiders hun intellectuele capaciteiten niet op het werk concentreren. Intelligentie is dus effectiever en wordt vaker gebruikt in stressvrije situaties. Fiedler concludeert ook dat ervaring de prestaties verslechtert in omstandigheden met weinig stress, maar bijdraagt aan prestaties onder omstandigheden met veel stress.